Difference between revisions of "Augustus 2018"

From Bluepelt Wiki
Jump to: navigation, search
(Created page with "== Een Gift van Erebus == Voor we de moonbridge naar de great caern die ons deze maan de shard caern zou geven openden, kwam er een degelatie van vreemde wolven langs. Het zo...")
 
Line 13: Line 13:
  
 
-Diepste Dal,Theurge van de Uktena,Cliath van de Garou Natie,Beta van Pack Corvus,Guardian van de Caern Shard van het Blauwpels Sept
 
-Diepste Dal,Theurge van de Uktena,Cliath van de Garou Natie,Beta van Pack Corvus,Guardian van de Caern Shard van het Blauwpels Sept
 +
 +
== Een kort bezoek ==
 +
 +
"Spirits! Luister naar mijn verhaal, zodat het voor altijd bewaard mag blijven in Delft. Want ik wil vertellen over mijn onbelangrijke bezoek op een belangrijke dag. De Galliards van de Blauwe Pels zullen hun eigen verhalen vertellen over de grote dingen, over Shards en Totems, over bruggen van maanlicht en geheimen in het donker. Maar als de kinderen van mijn kinderen een bezoek brengen aan de Blauwe Pels en willen horen hoe het vroeger was, en waarom we deden wat we deden, moeten ze ook de kleine dingen horen, zodat ze hun ogen dicht kunnen doen en in hun hoofd kunnen zien, voelen, ruiken hoe het écht was in de dagen van nu.
 +
 +
De maan was halverwege zijn groei, en de landen van Europa waren warm en droog. Ik rende naar Delft over land, en de geur van stof was overal. De dieren hadden dorst, de planten roken naar armoede, en de rivieren stonden laag. Maar het water waar de Blauwe Pels woont, de bossen en de paden eromheen, waar Stag mij vond en de weg naar de wolven wees, die hadden weinig last van de rode zomer. Groen en dicht verruilde zich voor blauw en open waar ik de wolven vond. De geur van de waterslang hangt sterk op dat veld, en niets ontgaat haar blik in haar eigen huis.
 +
 +
Ah, de wolven van de Blauwe Pels. Niet de eerste keer dat ik daar was, en telkens verbazen ze me opnieuw. Ze zijn zo stil soms, zo klein in hun kleuren en geuren. Maar ik kwam op een grootse dag, de dag van de Shard, en dan zou er toch zeker een feest zijn?! Ik zocht gezang, drank, vechten, eten, lawaai... Ah, wie weet kennen de kinderen van mijn kinderen Delft als een plek vol leven, in hun dagen. Maar deze dag, toen ik daar kwam, toen vond ik iets heel anders.
 +
 +
Op de grens stond Guiding Hand, de Fianna Ahroun de luidste van de Blauwe Pelzen, de Alpha, de Garou die Delft aanstuurde in het winnen van een Shardcearn. En naast hem stond Rises Again, de Uktena Galliard, die het beste lijkt te luisteren en het meeste lijkt te weten, en bij wie de geur van de waterslang het sterkst lijkt van alle Blauwe Pelzen. Hun gesprek was er een van zachte tonen en serieuze blikken, van mensen die gewichten dragen en niet van wolven die hun neus achterna gaan. Ah, en daar, kind van mijn kind, daar zie je Delft in die dagen! Die twee werelden van verschil, zo serieus in gesprek, zo klein en donker en stil tussen alle grote dingen die ze doen.
 +
 +
En achter hen, het Sept van de Blauwe Pelzen. Ze herkennen me, ze ontvangen me, ze horen mijn verhaal en drinken met me. Sommige dan, want hier zijn er altijd veel die de verdoving vermijden of de smaak niet willen. Steun bieden ze, want ze weten wat het is om pijn te leiden. Als ik praat, zijn ze stil. Als ik niet praat ook. Hun eigen verhalen? Weinig, want deze wolven zijn zo stil van zichzelf. Ik vraag, en ze antwoorden. Ik zoek naar de geuren van vreugde, van trots, van feest... En vind ze pas als er anderen arriveren die eten meebrengen. Ah, dan komt de wolf boven! Want gegeten wordt er! In hun enthousiasme vergeten de jongelingen dat de ouderen eerst krijgen, maar dat lijkt ze makkelijk vergeven te worden.
 +
 +
En dan? Ah, ja, even zakken de Blauwe Pelzen weer in. Ze liggen op het gras, de geur van het eten mengt zich met de geur van de rustenden, het grijs van diegene die hun ogen half sluiten, het wit van de paar die ze helemaal dicht doen vallen. Zelfs beledigingen worden zonder op te staan bestraft, met kalm gesproken beledigingen terug. Ze hebben er een woord voor, de mensen, zoals alles in vakjes gestopt wordt is deze rust genoemd de after-dinner-dip. Niet voor mij, dit! Nee, kind van mijn kind, als je dit verhaal terugvind, weet dan dat ik niet rustig heb toegekeken hoe een dag die vol feest zou moeten zijn wordt overgenomen door iets banaals als een inzakking na een goede maaltijd!
 +
 +
Een Silverfang genaamd Zilveren Belofte lijkt de enige die herkent wat ik doet, en zoals alleen de Silverfang dat kunnen springt hij bij, neemt hij het over, en weet het Sept mee te trekken. Wat begint met een kleine, korte stoeipartij groeit tot een kleine wedstrijd, dan een grotere wedstrijd, en langzaam worden de wolven in deze Garou wakker en doet iedereen mee. En wat een wolven zijn er als ze wakker worden! De gigantische Bonegnawer kan niet door één persoon omvergekregen worden, de Get tilt met gemak een ander op en gooit hem weg, een Glasswalker volgehangen apparaten die ik niet wil kennen weet diep in zichzelf nog een stukje natuur te vinden en moet snel erkennen dat het niet genoeg is om zijn tegenstander te verslaan, zelfs de cubs mogen mee doen en leren weer iets nieuws. En daar is het dan, onwennig voor veel van de Blauwe Pelzen maar niet minder mooi daardoor: Een feest.
 +
 +
En dus ben ik weer gegaan. Mijn bezoek was kort, maar toen ik het blauwe open achterliet voor het dichte groen en daarna het stof van een uitgedroogd Europa onder de maan van de Philodoxen hoorde ik nog lange tijd achter mij het gehuil van de wolven. En toen mijn voeten de kust van de waterslang inruilde voor de zoute golven waarachter mijn thuisland ligt, en stond te luisteren naar het gehuil van de wind hoorde ik nog steeds het feest in Delft, al was het maar in mijn hoofd. En, kind van mijn kind, met mijn poten in datzelfde zoute water, besloot ik dit: Delft heeft die huilende wind nodig, om de wolven wakker te maken. En ik, Bartender, Fianna Lupus Galliard Fostern, ik zal onderdeel uitmaken van die huilende wind!"

Revision as of 18:54, 13 September 2018

Een Gift van Erebus

Voor we de moonbridge naar de great caern die ons deze maan de shard caern zou geven openden, kwam er een degelatie van vreemde wolven langs. Het zou inaccuraat zijn om deze wolven Black Spiral Dancers te noemen. Wat zij zijn, is echter er niet ver vandaan. Deze wolven waren onderdeel van de Brood, de wolven die in erebus garou verleiden tot vallen. Als men voor hun leugens valt, is men voor eeuwig verloren. Zij zijn de wakers van erebus, en zij testen zij die daar zijn. Er is een goede reden, echter, dat deze garou, grote haarloze kyrnossen met brandende, zilvere speren, worden verward met de black spiral dancers. Zij zijn namelijk overgeblevenen van de gevallen tribe, de white howlers. Zoals sommigen weten, heeft onze Alpha naar aanleiding van gebeurtenissen omtrend de shard caern, mij, de consequentie, en Umbral Cleanser naar Erebus gebracht. Wij zijn daar alle drie weggestuurd. Cerebus, de poortwachter van Erebus, heeft ons geweigerd. Wij hadden wellicht een misdaad gedaan tegen de Alpha, maar dit was geen misdaad tegen Gaia. Dit was niet onze plek. Naar aanleiding hiervan heeft Cerebus deze afvaardiging van Erebus naar de Alpha gestuurd. Ik zal, gezien mijn eigen betrokkenheid bij dit geheel zo neutraal mogelijk schetsen, zodat de lezer elk voor zichzelf een oordeel kan vellen.

Een afvaardiging van Erebus, bestaande uit drie leden van de Brood kwamen aan op de Caern. Zij hadden een gift voor de Alpha. Het bleek een bijl te zijn, een die erg naar de Wyrm stonk. De Alpha nam deze gift van de Brood aan en instueerde mijn Pack, Pack Corvus om dit te onderzoeken.

Het is niet aan mij als Theurge om te oordelen, dat laat ik, zoals een waardig Garou betaamd, over aan de Phillodoxen.

-Diepste Dal,Theurge van de Uktena,Cliath van de Garou Natie,Beta van Pack Corvus,Guardian van de Caern Shard van het Blauwpels Sept

Een kort bezoek

"Spirits! Luister naar mijn verhaal, zodat het voor altijd bewaard mag blijven in Delft. Want ik wil vertellen over mijn onbelangrijke bezoek op een belangrijke dag. De Galliards van de Blauwe Pels zullen hun eigen verhalen vertellen over de grote dingen, over Shards en Totems, over bruggen van maanlicht en geheimen in het donker. Maar als de kinderen van mijn kinderen een bezoek brengen aan de Blauwe Pels en willen horen hoe het vroeger was, en waarom we deden wat we deden, moeten ze ook de kleine dingen horen, zodat ze hun ogen dicht kunnen doen en in hun hoofd kunnen zien, voelen, ruiken hoe het écht was in de dagen van nu.

De maan was halverwege zijn groei, en de landen van Europa waren warm en droog. Ik rende naar Delft over land, en de geur van stof was overal. De dieren hadden dorst, de planten roken naar armoede, en de rivieren stonden laag. Maar het water waar de Blauwe Pels woont, de bossen en de paden eromheen, waar Stag mij vond en de weg naar de wolven wees, die hadden weinig last van de rode zomer. Groen en dicht verruilde zich voor blauw en open waar ik de wolven vond. De geur van de waterslang hangt sterk op dat veld, en niets ontgaat haar blik in haar eigen huis.

Ah, de wolven van de Blauwe Pels. Niet de eerste keer dat ik daar was, en telkens verbazen ze me opnieuw. Ze zijn zo stil soms, zo klein in hun kleuren en geuren. Maar ik kwam op een grootse dag, de dag van de Shard, en dan zou er toch zeker een feest zijn?! Ik zocht gezang, drank, vechten, eten, lawaai... Ah, wie weet kennen de kinderen van mijn kinderen Delft als een plek vol leven, in hun dagen. Maar deze dag, toen ik daar kwam, toen vond ik iets heel anders.

Op de grens stond Guiding Hand, de Fianna Ahroun de luidste van de Blauwe Pelzen, de Alpha, de Garou die Delft aanstuurde in het winnen van een Shardcearn. En naast hem stond Rises Again, de Uktena Galliard, die het beste lijkt te luisteren en het meeste lijkt te weten, en bij wie de geur van de waterslang het sterkst lijkt van alle Blauwe Pelzen. Hun gesprek was er een van zachte tonen en serieuze blikken, van mensen die gewichten dragen en niet van wolven die hun neus achterna gaan. Ah, en daar, kind van mijn kind, daar zie je Delft in die dagen! Die twee werelden van verschil, zo serieus in gesprek, zo klein en donker en stil tussen alle grote dingen die ze doen.

En achter hen, het Sept van de Blauwe Pelzen. Ze herkennen me, ze ontvangen me, ze horen mijn verhaal en drinken met me. Sommige dan, want hier zijn er altijd veel die de verdoving vermijden of de smaak niet willen. Steun bieden ze, want ze weten wat het is om pijn te leiden. Als ik praat, zijn ze stil. Als ik niet praat ook. Hun eigen verhalen? Weinig, want deze wolven zijn zo stil van zichzelf. Ik vraag, en ze antwoorden. Ik zoek naar de geuren van vreugde, van trots, van feest... En vind ze pas als er anderen arriveren die eten meebrengen. Ah, dan komt de wolf boven! Want gegeten wordt er! In hun enthousiasme vergeten de jongelingen dat de ouderen eerst krijgen, maar dat lijkt ze makkelijk vergeven te worden.

En dan? Ah, ja, even zakken de Blauwe Pelzen weer in. Ze liggen op het gras, de geur van het eten mengt zich met de geur van de rustenden, het grijs van diegene die hun ogen half sluiten, het wit van de paar die ze helemaal dicht doen vallen. Zelfs beledigingen worden zonder op te staan bestraft, met kalm gesproken beledigingen terug. Ze hebben er een woord voor, de mensen, zoals alles in vakjes gestopt wordt is deze rust genoemd de after-dinner-dip. Niet voor mij, dit! Nee, kind van mijn kind, als je dit verhaal terugvind, weet dan dat ik niet rustig heb toegekeken hoe een dag die vol feest zou moeten zijn wordt overgenomen door iets banaals als een inzakking na een goede maaltijd!

Een Silverfang genaamd Zilveren Belofte lijkt de enige die herkent wat ik doet, en zoals alleen de Silverfang dat kunnen springt hij bij, neemt hij het over, en weet het Sept mee te trekken. Wat begint met een kleine, korte stoeipartij groeit tot een kleine wedstrijd, dan een grotere wedstrijd, en langzaam worden de wolven in deze Garou wakker en doet iedereen mee. En wat een wolven zijn er als ze wakker worden! De gigantische Bonegnawer kan niet door één persoon omvergekregen worden, de Get tilt met gemak een ander op en gooit hem weg, een Glasswalker volgehangen apparaten die ik niet wil kennen weet diep in zichzelf nog een stukje natuur te vinden en moet snel erkennen dat het niet genoeg is om zijn tegenstander te verslaan, zelfs de cubs mogen mee doen en leren weer iets nieuws. En daar is het dan, onwennig voor veel van de Blauwe Pelzen maar niet minder mooi daardoor: Een feest.

En dus ben ik weer gegaan. Mijn bezoek was kort, maar toen ik het blauwe open achterliet voor het dichte groen en daarna het stof van een uitgedroogd Europa onder de maan van de Philodoxen hoorde ik nog lange tijd achter mij het gehuil van de wolven. En toen mijn voeten de kust van de waterslang inruilde voor de zoute golven waarachter mijn thuisland ligt, en stond te luisteren naar het gehuil van de wind hoorde ik nog steeds het feest in Delft, al was het maar in mijn hoofd. En, kind van mijn kind, met mijn poten in datzelfde zoute water, besloot ik dit: Delft heeft die huilende wind nodig, om de wolven wakker te maken. En ik, Bartender, Fianna Lupus Galliard Fostern, ik zal onderdeel uitmaken van die huilende wind!"