Een laatste rustplek
Herfst 2017
Samen met mijn packalpha, Verloren zonder Sterren, vertrekken we naar India. Volgens de verhalen het land waar vele gevaren op de loer liggen. Hier moet ik heen om de Mokolé zijn laatste rustplaats te geven. We reizen met een gids diep de bergen in waar we ons af laten zetten bij een dorp. Hij wil ons niet verlaten dus diep in de nacht vertrekken wij in de richting van de berg. Een plek van de Wyld waar een Sept met Red Talon zit. We kondigen ons aan en veranderen naar Hispo. We worden opgehaald door de Galliard van het pack Shadows of the Impergium. Hij neemt ons mee naar zijn packalpha. Wij stellen ons netjes voor en leggen uit dat we op een spiritquest zijn. Ze staan ons, Homids, toe om door te reizen naar de hoogste berg. Ze reizen met ons mee en ik wissel wat verhalen uit met de Galliard. De rest van het pack blijft stil en negeert ons eigenlijk.
Aangekomen op de plek waar de eerste zonnestralen van de nieuwe dag vallen shift ik naar Glabro om het bot van de Mokolé te pakken. Ik shift snel door naar Crinos om de Red Talon niet nog bozer op ons te laten worden. Op het moment dat de eerste zonnestralen het bot raken val ik blijkbaar in slaap. Zo vertelde Verloren zonder Sterren mij achteraf. Ik lag heerlijk rustig te slapen. Mijn droom daarentegen was zo levendig zoals ik me nooit had voor kunnen stellen. Mijn geest had zich verplaatst in de tijd en ik zag een oude Mokolé zo groot als een flatgebouw op mij af rennen. Ik besloot te blijven staan en vlak voor mij stortte hij ineen. Ik bevond mij in een tijdperk voor tijd bestond. Toen de dinosauriërs de Aarde bewandelden. Ik betreedde een grote hal waar ik in gesprek raakte met een kleine Mokolé, ongeveer zo groot als een Crinos. Hij keek mij raar aan toen ik begon over Garou en andere namen. Toen ik naar mijzelf keek in een reflectie zag ik dat ik plaats had genomen in een andere Mokolé. Er werd gesproken over het tijdperk van Koningen en andere termen die ik wel eens voorbij heb horen komen van wijze, oude Uktena. In de hal waar ik stond zag ik de grote Mokolé als koning boven andere uitstijgen, vlak nadat hij de vorige koning had verslagen in een gevecht. Mijn gesprekspartner en ik waren slechts mieren in zijn aanwezigheid. Als Garou zijn wij helemaal niets in hun aanzicht.
Ik doe mijn ogen dicht en verplaats naar een tijdperk verder. Het gebouw waar ik in stond is vervallen en er lijkt een soort Gauntlet te zijn ontstaan op plekken waar vroeger ramen zaten. Botten van Mokolé liggen verspreid over de hal. Ik begeef mij terug naar de berg waar ik de eerst zonnestralen van de dag op mijn huid heb gevoeld. De zon die rustig omhoog kroop lijkt nu langzaam uit de hemel te vallen richting de aarde.
In de verte zie ik mijn vriend. De spirit van het bot spreekt mij aan en bedankt mij voor mijn hulp. Hem brengen naar de plek van zijn voorouders. Zijn laatste rustplek. Hij stelt voor om elkaar nog 1 vraag te stellen. Om over na te denken. Hij vroeg mij: "Waarom wil er niemand meer een koning maken?" Een terechte vraag in deze tijd. Een vraag waar ik als jonge Fostern nog geen antwoord op heb. Ik denk lang na over mijn vraag en vraag hem hoe ik de Croatan terug kan brengen. Hij legt mij uit dat het mogelijk is en de manier waarop. Maar stelt wel dat mocht ik ze terug willen halen, of ik dan niet hun nobele offer ongedaan maak. Met een zwaar hart neem ik afscheid van mijn vriend. Maandenlang hebben wij samen geleefd en heeft hij alles meegemaakt wat ik heb gedaan. Het is goed dat hij zijn rustplek heeft gevonden. Vele Garou en andere Fera hebben mij geholpen met deze taak en ik ben hen allen dankbaar.
Ik wordt wakker uit mijn droom en voel mij uitgeruster dan ooit tevoren. We worden terugbegeleid naar het dorp en nemen afscheid van het pack Red Talon. We keren terug naar de bewoonde wereld.
Geschreven door:
John "Verkoopt de Huid" Blackfoot, Uktena, Homid, Galliard, Fostern.
Elder Galliard of the Bluepelt Sept.